Groene kinderopvang

 

Ongeveer de helft van alle twee- en driejarige kinderen gaat naar de kinderopvang. Dit kan stress met zich mee brengen, wat door kan werken in het welzijn en functioneren van kinderen nu en in hun latere leven. Kinderopvang biedt echter ook unieke mogelijkheden om het welzijn van kinderen te bevorderen. Door toenemende verstedelijking en andere oorzaken groeien steeds meer kinderen op in een omgeving met een tekort aan natuur. Groene Kinderopvang kan ervoor zorgen dat kinderen toch vanaf zeer jonge leeftijd regelmatig direct zintuiglijk contact met natuur kunnen maken en daardoor een band met natuur kunnen opbouwen. Een toenemende aantal wetenschappelijke studies laat zien dat zo'n band met natuur de ontwikkeling van zelfvertrouwen en andere persoonlijke competenties kan ondersteunen, en op de langere termijn een belangrijke voorspeller is van geluk, gezondheid, en milieuvriendelijk en sociaal gedrag. Zie dit white paper voor een overzicht van recent onderzoek.

 

Project "Versterken van de kwaliteit Groene Kinderdagopvang"

Bureau Natuurvoormensen heeft samen met Stichting Groen Cement, Hogeschool Leiden en VU Amsterdam subsidie gekregen voor onderzoek naar effecten van het versterken van het pedagogisch gebruik van de buitenruimte op de kwaliteit van groene kinderopvang. Het gaat om een drie-jarig (2018-2020) onderzoek in het kader van het ZonMw programma Kwaliteit Kinderopvang. Om het pedagogisch gebruik van de buitenruimte te versterken wordt door de Hogeschool Leiden een professionaliseringstraject uitgevoerd met medewerkers van 12 groene kinderopvanglocaties. In dit traject leren en ontdekken medewerkers de groene buitenruimte zo te gebruiken dat dit het welzijn van het jonge kind en zijn/haar persoonlijke competenties bevordert en daarmee de kwaliteit van de dagopvang vergroot.

 

Vanuit Bureau Natuurvoormensen ben ik in dit project betrokken bij het evalueren van de bijdrage die het professionaliseringstraject kan leveren aan succesvolle groene kinderopvang. Voor deze evaluatie doen we op de 12 groene kinderopvang locaties die het traject hebben doorlopen observaties van onder meer het welzijn, de betrokkenheid en het gedrag van de kinderen terwijl ze binnen en buiten spelen. Hetzelfde doen we op 12 groene kinderopvang locaties die geen professionaliseringstraject hebben doorlopen. Bij een deel van de kinderen knippen we ook een plukje haar af om de cortisolwaarden te bepalen als indicator voor fysiologische stress. In het evaluatie onderzoek kijken we niet alleen naar het effect van de interventie, maar ook naar talloze andere factoren die van invloed kunnen zijn op het succes van groene kinderopvang, zoals het temperament van de kinderen, het pedagogisch klimaat, en de inrichting van de buiten- en binnenruimte.

 

Sfeerimpressie

Elk locatiebezoek vatten we samen in een sfeerimpressie. Hieronder zo'n (uiteraard geanononimiseerde) impressie, waaruit blijkt hoe een groene kinderopvang er uit ziet - en, hoe leuk het ook is, dat er altijd mogelijkheden voor verbetering zijn.

 

Vandaag bezochten we een ruim opgezette kleinschalige kinderopvanglocatie in een landelijke omgeving. De opvang is gehuisvest in een woonhuis met verschillende gezellig ingerichte kamers en een grote uitbouw die in de koudere jaargetijden als serre wordt gebruikt. Deze serre doet met het knapperende haardvuur veel denken aan een knusse huiskamer. Alle activiteiten worden daar met elkaar gedeeld: nat wasgoed wordt bij het haardvuur gedroogd, kinderen eten en drinken met elkaar, worden in het zicht verschoond en lopen in en uit. De geheel glazen buitenwand geeft vrij uitzicht op de buitenruimte, waardoor kinderen zelfstandig maar toch onder oplettend oog vrij kunnen spelen.

 

Een aantal delen van de groene buitenruimte is overdekt en bieden zo bescherming tegen verschillende weersomstandigheden. Er zijn houten speelhuisjes, een met camouflagenet overdekte zandvlakte met schommels en een trampoline, een groot grasveld en een verhard gedeelte waar kinderen kunnen fietsen en rennen. Wat verderop het terrein een kinderboerderij met kippen, eenden, geiten en zelfs drie hangbuikzwijnen.

 

Van losse natuurlijke materialen in de buitenruimte is er, buiten zand en gras, weinig tot geen sprake. Vooral de trampoline, schommels, houten speelhuisjes en driewielers werden tijdens de onderzoeksdag veelvuldig en met veel enthousiasme gebruikt. Natuur werd hier (afgezien van het voeren van de dieren) gedurende de onderzoeksdag niet echt bewust of intensief ingezet tijdens spelactiviteiten. Natuur lijkt hier dan ook meer een decor als echt een onderdeel van de spelervaring.

 

Kinderen waren gedurende de onderzoeksdag over het algemeen vrolijk, enthousiast en ontspannen. De sfeer op de groep was gemoedelijk en er werd in harmonie met elkaar omgegaan. De kinderen kregen tijdens de eet- en drinkmomenten live-entertainment door een enthousiaste pedagogisch medewerker. Dit was ook het geval tijdens het knippen van de haren, waardoor de spanning van het haren knippen tot minimum beperkt werd.

 

Het eerste dagdeel werden voornamelijk de wat oudere kinderen meegenomen in georganiseerd spel (bv. voorlezen, springen op de trampoline onder het zingen van een liedje, voeden van dieren). Het tweede dagdeel werden kinderen meer vrijgelaten in hun spel. De jonge kinderen sliepen veel in de lutjepotjes buiten op het terrein, of speelden binnen in een voor hen speciaal afgezette ruimte in de uitbouw. Zij kregen dus weinig ruimte om de buitenomgeving zelfstandig dan wel met begeleiding te ontdekken. De medewerkers lieten veel toewijding en enthousiasme in hun werk zien, er was veel ruimte voor plezier.

 

Al met al een prachtige locatie met betrokken medewerkers waar de natuurlijke omgeving duidelijk een meerwaarde heeft voor alle leeftijdsgroepen, maar juist ook voor het jonge kind, nog bewuster en actiever ingezet zou kunnen worden dan nu al het geval is.